Dag 33: via San Gimignano naar Siena

82,6km – 5:40 zadeltijd – 1200hm

Dit keer schrijven we de tekst van de blogpost een dagje later. Hier in Siena nemen we een rustdag, dus genoeg tijd om te schrijven. En gisteren was een stevige fietsdag (1200 hoogtemeters met een heleboel korte steile klimmetjes) die we afgesloten hebben met een heerlijk 5 gangen diner in een visrestaurant (op de rauwe oesters en aanverwanten na dan, nog steeds niet ons ding). En vis moet zwemmen, dus ook genoten van een heerlijke fles Trebbiano. En toen het eten en de wijn op waren, waren wij dat ook en zijn we, terug in het hotel, snel ons bed ingedoken. 

Gisterenochtend zijn we op tijd vertrokken omdat we wisten wat ons ongeveer te wachten stond en omdat we wilden lunchen in San Gimignano. We moesten eerst nog een stukje over een drukkere weg (gelijk ook omhoog) naar Montespertoli, waar we fruit kochten bij een marktje met daarbij een fruitsoorten die we wel al aan de bomen gezien hadden maar niet wisten wat het was. Dit bleken Nespoli, in het Nederlands bekend als mispel. Een beetje stug velletje maar verder wel lekker. Vanaf hier kregen we een hele mooie rustigere weg naar Certaldo. We konden weer heerlijk genieten van het Toscaanse landschap en er moest af en toe flink geklommen worden. We zagen hier ook verschillende Strade Bianche (een soort van gravelwegen), voor wielerliefhebbers ondertussen een bekend fenomeen. En tussendoor de voor Toscane o zo bekende dorpjes en castello’s op heuveltoppen. 

De afdaling na Certaldo was heerlijk maar daarna moest er dus weer geklommen worden omdat San Gimignano een stuk hoger ligt. Dat ging gelukkig via een mooie geleidelijke klim met wederom hele mooie uitzichten, nu ook en steeds beter op San Gimignano zelf, de stad van de 100 torens (ook al zijn het er maar 14), met zijn mooie skyline. Aangekomen in San Gimignano zelf hebben we eerst geluncht waarna we, kort, het oude centrum bekeken. We waren hier vele jaren geleden ook al een keer en toen maakte San Gimignano al een grote indruk op ons. En ook nu weer. Wat is dit een mooi stadje! Het historische middeleeuwse centrum is nog helemaal intact en autovrij. Er was dit weekend een middeleeuws festival gaande wat nog extra sfeer gaf. Er kwam een groep in middeleeuwse kledij met trommels, trompetten en vaandels langs het terras waar we aten en verderop in het centrum was een middeleeuwse markt gaande.

Na deze break volgende weer een stuk fraaie route tot een paar kilometer voor Poggibonsi. Een stadje met een hele leuke naam maar waar verder weinig aan was. Het stuk door Poggibonsi was het lelijkste stuk route sinds dagen. Hierna kregen we eindelijk weer een flink aantal kilometers mooi fietspad. Dat eindigde in Staggia bij een mooi kasteel. Iemand was daar een kunstwerk aan het maken. Zij gaf ons wat uitleg over het kasteel en nodigde ons uit om het kasteel te bezoeken. Dat hebben we dan ook kort gedaan al konden we de ticketshop niet vinden om toegangskaartjes te kopen. We konden wel wat rondkijken en er bleken nog wat meer kunstwerken te zijn. Kortom: een leuk intermezzo. 

Bij Monteriggioni hebben we nog gebak met koffie gescoord om wat krachten op te doen voor de laatste pittige kilometers naar Siena. De mooie burcht van Monteriggioni hebben we maar laten zitten omdat we daarvoor ook weer wat extra kilometers zouden moeten klimmen. We wisten ook dat we nog een stukje steil omhoog moesten maar onze mooie B&B aan de rand van Siena. Gelukkig lukte dat nog. We zitten dit verhaaltje nu te schrijven na uitslapen en een heel goed ontbijt buiten onder een prieeltje bij de geurende bloemetjes. Vanmiddag bezoeken we het oude centrum van Siena. Ook hier waren we al eerder. Eens kijken of het nog steeds zo mooi is.